Historisch en volksgebruik
Lang voordat de teunisbloem in het begin van de 17e eeuw als "verstekeling" aan boord van een wollen vrachtschip de Europese bodem bereikte, hadden de inheemse Amerikanen de diverse geneeskrachtige eigenschappen van de plant ontdekt. Zij stampten de olieachtige zaden tot een plantenpasta en gebruikten die om zweren en huidziekten te behandelen. De bloeiende scheutuiteinden werden ook gebruikt voor de bereiding van een krampstillend aftreksel voor maag- en darmproblemen.